Leges

Bijna 70% van de kosten die gemaakt worden voor de legesverordening (burgerzaken, omgevingsvergunningen en APV) zijn personeelskosten.

Vooral bij de leges voor burgerzaken zijn wettelijke tarieven vastgesteld (rijbewijzen, paspoorten). Deze tarieven zijn niet toereikend om de kosten te dekken. Het zou ook 'ongewenste' tariefverhogingen met zich meebrengen om de legesverordening wel kostendekkend te maken. Bovendien zouden de tarieven ten opzichte van de omringende gemeenten fors gaan afwijken. Conform bestaand beleid worden de meerkosten gedekt uit de algemene middelen.

Onderstaand een overzicht van de opbouw van de kosten en opbrengsten die betrekking hebben op de legesverordening.

Soort kosten

2022

Soort opbrengsten

2022

Directe uren

-1.449

Leges

1.352

Overhead

-705

Opbrengst overige diensten

6

Afdracht aan het Rijk

-132

Rente en afschrijving

-37

Materialen

-34

Inhuur diensten derden

-330

Bijdrage aan gemeenschappelijke regeling

-365

Overige kosten

-41

Verrekening met de reserve

180

Totaal toegerekende kosten

-3.094

Totaal opbrengsten

1.538

Bijdrage uit algemene middelen

-1.555

Stel uw document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf