Herverdeling Gemeentefonds
Al enige jaren onderzoekt het Rijk een nieuwe wijze voor de verdeling van het Gemeentefonds. De minister van Binnenlandse Zaken meldt in een brief aan de Tweede Kamer dat met die herijking wordt gestreefd naar een globale verdeling, die aansluit bij de verschillen in kosten van gemeenten en bij de verschillen in inkomsten die gemeenten zelf genereren. Even zo lang staat de herverdeling van het Gemeentefonds als 'niet te kwantificeren' risico in de begroting opgenomen.
Er is onderscheid te maken in drie grote wijzigingen.
Ten eerste de wijziging van de maatstaven voor het reguliere deel van het gemeentefonds. Op basis van de cijfers 2017 zijn diepgaande analyses gemaakt en is een voorstel neergelegd in een rapport.
De tweede wijziging betreft de verdeling van het gemeentefonds voor de kosten binnen het sociaal domein. Bijstandsverlening telt hier niet bij mee, daar ontvangen we een specifieke doeluitkering voor (BUIG). Ook hiervoor is aan de hand van een uitgebreide analyse op de cijfers 2017 een voorstel neergelegd.
De derde wijziging betreft de verrekening van de eigen inkomsten van de gemeente. Dit betreft vooral de verrekening van de potentiële belastingopbrengsten van een gemeente.
De drie wijzigingen leveren een financieel effect op. De berekeningen worden op macro-economisch niveau uitgevoerd. De effecten per gemeente kunnen hierdoor onderling behoorlijk afwijken. Als vangnet is daarom een maximaal effect berekend. De herverdeling van het fonds mag per jaar niet meer dan € 15 per inwoner nadelig verschil opleveren.
De eerste uitkomsten van het onderzoek hebben al veel ophef veroorzaakt bij een groep nadeelgemeenten uit Groningen en Friesland. Dit heeft ertoe geleid dat de invoering van de herverdeling een jaar is doorgeschoven naar 2023. Bovendien waren de eerste berekeningen gebaseerd op de cijfers uit 2017. Dezelfde berekening is ook gemaakt op basis van de cijfers 2021.
Op 12 augustus 2021 hebben de fondsbeheerders de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) geïnformeerd over de uitkomsten van de actualisatie van het voorstel voor de nieuwe verdeling van de middelen in het gemeentefonds. Het belangrijkste doel van de actualisatie is om te bezien of het voorstel voor het nieuwe verdeelmodel de ontwikkeling over de tijd goed volgt. De actualisatie geeft geen aanleiding om het voorgestelde verdeelvoorstel voor de verdeling van de middelen in het gemeentefonds te herzien.
De uitkomsten van deze actualisatie betreffen nog steeds voorlopig verwachte effecten. Na definitieve besluitvorming over de invoering van het verdeelvoorstel zal met de dan bekende gegevens nog een actualisatie plaatsvinden naar 1 januari 2023, dat is het beoogde moment van invoering van de nieuwe verdeling. Deze laatste actualisatieslag zal inzicht geven in de definitieve herverdeeleffecten voor gemeenten.
Uit het nu voorliggende voorstel heeft Diemen een nadelig effect van € 62 per inwoner (grofweg € 1,8 miljoen structureel nadelig effect). De nieuwe verdeling wordt stap voor stap ingevoerd, zodat gemeenten voldoende tijd hebben om zich aan de nieuwe financiële situatie aan te passen. Gezien de ontwikkelingen in de gemeentelijke financiën, kiezen de fondsbeheerders ervoor de herverdeeleffecten te maximeren op € 60 per inwoner over een periode van vier jaar, oftewel € 15 per inwoner per jaar. Dit geldt zowel voor gemeenten met een negatief herverdeeleffect als voor gemeenten met een positief herverdeeleffect. Zoals het nu uitziet zal Diemen in de periode 2023 tot en met 2027 structureel jaarlijks € 4,5 ton minder Rijksmiddelen ontvangen. Dit zal de komende jaren grote invloed hebben op ons voorzieningen- en ambitiesniveau.
Tenslotte nog een belangrijk aandachtspunt. De herverdeling van het gemeentefonds gaat uit van een onveranderde grootte van het Gemeentefonds. Wanneer het Rijk besluit tot een toevoeging of juist bezuiniging van het fonds heeft dat ook nog effect. Deze effecten zijn bij de herverdelingsberekeningen niet mee genomen.